Deltaprogramma slaagt niet in haar missie
We moeten op een grotere schaal gaan denken. Indien we in deze eeuw beneden de zeespiegel willen blijven wonen en we laag Nederland niet gaan evacueren, dan is er spoedig een overkoepelende visie met effectieve maatregelen nodig. Het adaptieve beleid van het huidige Deltaprogramma schiet hiervoor schromelijk tekort.
Het Deltafonds behoort een Deltaprogramma te financieren dat de gevolgen van klimaatverandering het hoofd kan bieden en primair zorgt voor duurzame waterveiligheid en zoetwatervoorziening.

Golfdempers maken zandsuppletie overbodig
Zandsuppletie geeft geen duurzame kustbescherming.
Met erosie als ‘motor’ voor verspreiding van het gedeponeerde zand leidt dit tot culminerende suppleties.
Los zand, door de mens aangebracht, zal de natuur verwijderen. Wat de natuur zelf brengt is blijvend.
Een methode waarbij het zand door de natuur wordt aangevoerd is gewenst.
Stimulatie van de natuurlijke aanwas van de kust en minimalisatie van kusterosie worden mogelijk met drijvende golfdempers. Golfdempers reduceren de golfhoogte en de eroderende kracht van de golven.

Golfdempers reduceren golfhoogten

Lagere golven brengen zand naar de kust. Golfdempers maken bovendien dat bij dieper water, als gevolg van zeespiegelstijging, een steilere vooroever geen moeilijkheden oplevert.
Deze methode van dynamisch kustbeheer is in het waterlaboratorium van de TU-Delft succesvol getest (Burgers en van Engelen) en blijkt aanzienlijk goedkoper dan suppleties. Verankerde, centraal bediende, golfdempers kunnen het zand vasthouden, vrij laten passeren of de kust laten groeien.


 

Suggesties voor een gesloten kustlijn zijn gedaan in het oorspronkelijke Deltaplan van Rijkswaterstaat en deze planvorming is recent weer opgepakt door de Stichting Gesloten Kustlijn.
Het terugbrengen van Nederland naar twee primaire dijkringen is onder meer voorgesteld door Bureau Beaufort.
Het streven naar een gesloten of afsluitbare kustlijn verdient alle prioriteit. Het ‘waterschap’ Nederland is pas beheerbaar met een complete ‘dijkring’.

Het is van wezenlijk belang dat nieuwe ontwerpen gebruik maken van natuurkrachten. Een kustlijn die zoveel als mogelijk bestaat uit natuurlijk gevormde duinenrijen en een kustfundament waarbij sprake is van natuurlijke zandaanwas past geheel in de trend van Building with Nature.

Integrale aanpak geeft samenhang
Bij water hangt alles met alles samen.
Een integrale aanpak is voor alle planvorming te prefereren.
Illustratief is het toekomstbeeld van zuidwest Nederland voor de middellange termijn van de Adviesgroep Borm & Huijgens.
Deze adviesgroep benadrukt niet alleen de noodzaak van sluizen voor de Nieuwe Waterweg (Plan Spaargaren) en de aanleg van een Westerscheldedam (F. Koch, R. van Vliet, Borm & Huijgens), maar ook het tegengaan van verzilting, het uitbreiden van de zoetwatervoorraden en vergroting van de noodbergingscapaciteit.


Verder doet ze het voorstel om, naast migratierivieren, ook een estuarium te realiseren en het rivierwater te laten meanderen in de voormalige zeegaten of hiervoor in de huidige Voordelta de stroomroute te verlengen.
Dergelijke projecten dienen naadloos aan te sluiten bij een nog samen te stellen landelijke visie voor de lange termijn.

Een visie voor de lange termijn is onmisbaar
Een drastische totaaloplossing is om voor de kust een drietal bekkens te maken (R. van den Haak), waarvan het peil op het huidige zeeniveau blijft gehandhaafd.
Alleen al de aanleg voor het Zuidbekken vergroot de noodberging aanzienlijk en maakt dat onze rivieren hun huidige peil zullen kunnen behouden, met behoud van bestaande infrastructuur. Met een volledige Haakse Zeedijk met drie bekkens zijn zowel de zoetwaterproblemen als de verzilting definitief opgelost.
Zo scheppen we ook een rivieroverloopbassin dat in de toekomst een ongekend stormniveau aan kan, dat wellicht door de huidige Deltawateren niet meer opgevangen kan worden.

In tal van varianten is de Haakse Zeedijk op integrale wijze ingevuld en berekend. Voordat het tot een definitief besluit en inrichting zou komen, inclusief de daarbij behorende studies, zal dit project op zijn vroegst in 2060 compleet kunnen zijn.
Door de zeedijk uiteindelijk tot Gothenborg door te trekken, zouden, over enkele eeuwen met een 6 tot 8 m stijging van het zeeniveau, de problemen van de landen rondom de Oostzee en het Kattegat opgelost kunnen worden.
Laten we voorlopig maar eerst een eeuw vooruit plannen, met een doorkijk naar de zeer lange termijn.

Behoefte aan één kennisinstituut voor landelijk waterbeleid
Wat zijn de kosten van de hier genoemde en andere relevante planvorming, nu en in de toekomst bij verder stijgend zeeniveau? Welke varianten en combinaties zijn te prefereren?

Er is behoefte aan één kennisinstituut, bestaande uit wetenschappers en vakmensen, dat op basis van vergelijkend onderzoek op verantwoorde wijze komt tot een stappenplan naar een klimaatbestendig land. Tal van zaken, zoals het onderhoud en aanpassen van infrastructuur, de invloed op de diverse economische sectoren, de duurzaamheid van maatregelen, haalbaarheid en samenhang dienen hierin meegewogen te worden.

De tijd van afwachten is voorbij. Een defensief waterbeleid vraagt om vooruit verdedigen.

Rob van den Haak, ing., mei 2017

Rob van den Haak, ing. S & W haakdijk@xs4all.nl
• HTS Scheepsbouw, 1952
• HTS Werktuigbouw, 1955
• Theoretische medewerker bij Leen Smit Sleepdienst
• Inspecteur nieuwbouw bij de Stevin Groep
• Chef Technische Dienst bij Bagger fa. Breejen van de Bout
• Oprichter Vryhof Anchors 1970, sinds 1983 toonaangevend op ankergebied voor de offshore
• 150 patenten