Investeert het Deltaprogramma

verkeerd?

De Deltacommissie meent dat er rekening moet worden gehouden met een zeespiegelstijging van 0,65 tot 1,30 meter in 2100 en van 2 tot 4 meter in 2200. Het effect van bodemdaling is hierin meegenomen. Het KNMI schreef in april 2017, naar aanleiding van het smeltend ijs op Antarctica, dat het niet onwaarschijnlijk is dat de zeespiegel deze eeuw met 2,5 tot 3 meter zal stijgen als alles tegenzit.

Stijgende kosten
De Nederlandse veiligheidsopgave bestaat op dit moment uit de verbetering van in totaal 1.302 kilometer dijk en 799 kunstwerken (op basis van de derde landelijke toetsing).
Waterschappen en gemeenten hebben fors geïnvesteerd in maatregelen. Ondanks deze inspanningen komt wateroverlast steeds vaker voor door klimaatverandering, toenemende verharding en bebouwing.
In de loop van de tijd verschoof de aandacht in het overstromingsrisicobeheer naar het verhogen en versterken van dijken en meer ruimte voor de rivieren. Om zo het water de baas te kunnen blijven is tot 2100 een investering van rond de €100 miljard nodig. Vervolgens zal er alsnog naar andere oplossingen gezocht moeten worden.

Zoektocht naar een totaaloplossing
Er liggen goede initiatieven voor een duurzame aanpak zoals Plan Sluizen, Plan Beaufort en de suggesties van onder meer de Adviesgroep Borm & Huijgens en de Stichting Gesloten Kustlijn. Deze kunnen nader uitgewerkt worden voor een stapsgewijze realisatie van een klimaatbestendig land.
Ook de aanleg van de Haakse Zeedijk kan in fases. Het gehele plan is een rigoureuze totaaloplossing voor de komende eeuwen. Bij een Haakse Zeedijk worden voor de kust drie bekkens gecreëerd, waarin het peil op het huidige zeeniveau blijft gehandhaafd. Onze rivieren stromen hier in uit en zullen tot ver landinwaarts niet meer met het zeeniveau meestijgen. De waterinfrastructuur. met rivierdijken en binnendijken, sluizen, bruggen en gemalen, kribben en kades, hoeft voor enkele eeuwen bijna niet meer opgehoogd of aangepast te worden.
Wel moet men rekening houden met toenemende en wisselende rivierafvoer. De projecten van Ruimte voor de Rivier zijn hier als eerste stap voor ingezet.

De aanleg van een Zeedijk kan met vier hopperzuigers en vier dubbelladderzuigers binnen 25 jaar klaar zijn met een totale investering van € 60 miljard.

Bij hoge rivieraanvoer stijgt het niveau in de bekkens maximaal 1,5 m. Dit extra water wordt binnen drie weken zeewaarts gepompt. Voordeel daarvan is dat de gemalen, die in valmeren zijn geplaatst, ook aanzienlijk minder vermogen nodig zullen hebben. De eerste 75 jaar stroomt bij eb al het water nog eenvoudig via spuisluizen in zee.
Voor nadere invulling van de meerdere kilometers brede dijk voor leidingen, wegvervoer, luchtvaart, scheepvaart, recreatie, energiewinning, zoetwatervoorziening, wonen en industrie komen ontelbare mogelijkheden met grote economische voordelen.

Voor de kustlijn houden drijvende golfdempers zand vast en maken zandsuppletie overbodig. Ze kunnen zo bestuurd worden dat ze de golven dempen of doorlaten, waardoor de (nieuwe) kust zelf geen onderhoud meer nodig heeft. Golfdempers zijn na 50 jaar afgeschreven en de vervanging kost ca 3 miljard per eeuw.

De hoogste tijd
Nederland dient spoedig aandacht te besteden aan duurzame integrale oplossingen, zodat veel overbodige investeringen in de infrastructuur voor de korte termijn kunnen vervallen.
Volgens Wouter van Dieren, directeur van het duurzaamheidforum Springtij en lid van de Club van Rome, is het de hoogste tijd om een nieuwe kustlijn te bouwen.
Natuurlijk komen er protesten tegen het scheiden van de huidige kust van de zee, maar we moeten nu eenmaal een keuze maken.

R. van den Haak, ing., november 2017

www.haaksezeedijk.1holland.eu